:

Hoe werkt het erfrecht in België?

Monserrat Turcotte
Monserrat Turcotte
2025-08-19 06:57:57
Count answers : 5
0
Als iemand overlijdt, dan wijst de wet de erfgenamen aan. De wet heeft daarvoor een rangschikking opgesteld volgens orde en graad. De wet verdeelt erfgenamen in vier orden volgens bloedverwantschap: de afstammelingen van de overledene: kinderen, kleinkinderen, achterkleinkinderen, ... de ouders samen met de broers, zussen en hun afstammelingen, als de overledene geen afstammelingen heeft de bloedverwanten in opgaande lijn: de ouders als er geen broers of zussen (of hun afstammelingen) zijn, de grootouders en overgrootouders ooms en tantes, neven en nichten, grootooms en groottantes. Een hogere orde sluit een lagere steeds uit. Binnen elke orde bepaalt de graad van verwantschap of men al dan niet erft. In rechte lijn zijn er zoveel graden als er generaties zijn. Zo ligt er tussen ouders en hun kinderen één generatie. Vader en zoon hebben dus een eerstegraadsrelatie ten opzichte van elkaar. In de zijlijn bepalen we de graad via de gemeenschappelijke stamouders. We tellen de generaties vanaf de overledene tot de gemeenschappelijke stamouder in opgaande lijn. Vanaf deze stamouder dalen we vervolgens af tot aan de erfgenaam. Een broer en een zus zijn bijvoorbeeld verwant aan elkaar in de tweede graad. De echtgeno(o)t(e) neemt een bijzondere plaats in. Hij of zij heeft een wettelijk erfrecht dat voluit speelt als de echtgenoten geen andere regeling vastlegden in hun huwelijkscontract of via testament. De weduwe of weduwnaar heeft altijd minstens recht op het voorbehouden gedeelte. Dat voorbehouden gedeelte omvat het vruchtgebruik van de gezinswoning en de huisraad. Een weduwe of weduwnaar heeft dus bijvoorbeeld steeds het recht om de gezinswoning te gebruiken, ook al zijn de kinderen er eigenaar van geworden. De wettelijk samenwonende partner geniet sinds 2007 ook van een wettelijk erfrecht. Het gaat hier slechts om een beperkt erfrecht, dat enkel het vruchtgebruik op de gezinswoning en de huisraad omvat. Wil een wettelijk samenwonend koppel meer zekerheid dan enkel het vruchtgebruik, dan kan er een testament of een samenlevingscontract in die zin opgesteld worden. Ook schenking is een mogelijkheid. Bij gewone adoptie kunnen adoptiekinderen en hun afstammelingen erven van hun oorspronkelijke families. Daarnaast kunnen zij van hun adoptieouder(s) erven met dezelfde rechten als biologische kinderen (in bepaalde gevallen zullen zij wel hogere successierechten moeten betalen). Maar ze kunnen niet erven van de bloedverwanten van hun adoptieouders. Bij een volle adoptie worden alle banden met de oorspronkelijke familie verbroken. De adoptiekinderen en hun afstammelingen kunnen niet meer van hun oorspronkelijke familie erven. Ze kunnen wel van hun adoptiefamilie (dus ook van de bloedverwanten van hun adoptieouders) erven met dezelfde rechten als biologische kinderen. Stiefkinderen erven niet automatisch van hun stiefouders. Stiefouders kunnen hun stiefkinderen wel opnemen in hun testament. Omdat wettige kinderen automatisch recht hebben op een bepaald deel van de erfenis (de wettelijke reserve), zou het in bepaalde gevallen wel kunnen dat de stiefkinderen minder krijgen dan de wettige kinderen. Om ervoor te zorgen dat stiefkinderen evenveel krijgen als wettige kinderen, zouden de stiefouders de stiefkinderen kunnen adopteren. In principe moeten zijn ouders de erfenis van een minderjarig kind voor hem aanvaarden, al dan niet onder voorrecht van boedelbeschrijving, of verwerpen. Ze moeten daarvoor wel eerst een machtiging aan de vrederechter vragen en eventueel via de notaris passeren.