In de meeste rechtszaken in het familierecht duurt het vaak 6 maanden tot meer dan een jaar voordat de partijen ter zitting verschijnen.
Dit komt mede doordat iedere partij doorgaans 4 tot 10 weken de tijd krijgt per indiening van een processtuk, terwijl er ook uitstel kan worden aangevraagd.
Dat wil zeggen dat je soms al een half jaar bezig bent met het indienen van de verschillende processtukken, voordat er een zitting wordt gepland.
Pas na de zitting doet de rechtbank een uitspraak, welke een aantal weken tot maanden op zich kan laten wachten.
Als de belangen van kinderen ernstig onder druk staan, zoals in ondertoezichtstellingen of omgangszaken, dan handelt de rechtbank doorgaans redelijk snel, dat wil zeggen dat er een zitting wordt gepland binnen een aantal weken tot twee maanden na binnenkomst van het eerste processtuk.
Op die zitting kan een rechter tot een nader onderzoek besluiten van bijvoorbeeld de Raad voor de Kinderbescherming, waardoor de zaak nog 6 tot 12 maanden wordt aangehouden, voordat er een uitspraak volgt.
Al met al nemen geschillen in het familierecht, die aan een rechtbank worden voorgelegd, doorgaans tussen de 6 en 18 maanden in beslag.
Geschillen die partijen zelf oplossen middels overleg in mediation of viergesprekken, worden vaak veel sneller opgelost, althans de betrokken partijen hebben de duur van de procedure in ieder geval in eigen hand.
Als de rechter genoeg denkt te weten, dan doet deze uitspraak enkele weken/maanden na de zitting.
Geregeld komt het echter voor - met name in rechtszaken over omgang en gezag - dat een rechter aanvullend onderzoek wenst van bijvoorbeeld de Raad voor de Kinderbescherming, waardoor de uitspraak pas veel later volgt.