De curator bepaalt de rangorde op basis van afspraken in de faillissementswet.
De plaats in de rangorde hangt af van welk soort schuld de schuldeiser opeist.
Hoe hoger in de rangorde, hoe groter de kans dat een schuldeiser wordt betaald.
Als eerste worden de boedelvorderingen betaald.
Bijvoorbeeld: de huur vanaf de dag van het faillissement, het loon van medewerkers vanaf de dag van het faillissement.
Als de boedelschulden zijn betaald dan komen schuldeisers met een preferente vordering aan de beurt.
Preferente schuldeisers zijn bijvoorbeeld: de Belastingdienst, UWV, medewerkers die nog loon krijgen van voordat het bedrijf failliet ging.
Na de preferente vorderingen worden de concurrente vorderingen betaald als er genoeg geld is.
Concurrente schulden zijn schulden die ontstaan nadat een product of dienst is geleverd en er niet is betaald.
Als laatste: postconcurrente schuldeisers krijgen hun ingelegde geld pas terug als de concurrente schuldeisers zijn betaald.
En er nog geld over is.
Voor het terugbetalen van postconcurrente vorderingen kan ook nog een volgorde bestaan.
Het terugbetalen van de ene geldlening is dan achtergesteld bij het terugbetalen van een andere geldlening.
In de voorwaarden van een achtergestelde geldlening is afgesproken welke schuldeisers voorrang krijgen boven de achtergestelde schuldeiser.
Separatisten zijn schuldeisers met bijzondere rechten, zoals hypotheekrecht of pandrecht.
De vordering van een separatist staat los van een faillissement.
Een separatist mag een schuld direct opeisen, zonder dat eerst bij een curator te doen.
De curator mag de separatist wel vragen om een redelijke termijn te wachten met de eis.
Separatisten zijn schuldeisers met hypotheekrecht, een schuldeiser met hypotheekrecht is bijvoorbeeld de bank waar u een hypotheek heeft afgesloten voor uw bedrijfspand of woonhuis.
Pandrecht, een schuldeiser met pandrecht is bijvoorbeeld een kredietverstrekker, zoals uw bank.
Schuldeisers met borgtocht, bij borgtocht heeft iemand anders dan de geldlener gezegd de schuld terug te betalen als de geldlener dit zelf niet kan doen.
Met een borg heeft de schuldeiser meer zekerheid dat hij deels wordt terugbetaald.